Kijk op een van mijn andere blogs voor de historie en huidige situatie van dit gebied:
http://natuurfotografieanitasart.blogspot.com/search?q=risten
http://natuurfotografieanitasart.blogspot.com/2019/03/op-zoek-naar-het-veen-vennetje-in-de.html
In de winter is dit gebied behoorlijk nat, dat wordt veroorzaakt door de leemlagen in de ondergrond, die geen water doorlaten. Eerst wat foto's van het Buulderbroek: zo hoog heb ik het water hier nog niet eerder zien staan:
Sommige bomen staan compleet met hun voeten in het water:
Territorium van een ganzenpaartje:
Een boomgans.....haha
Een nijlgans was op een dode boom(top) neergestreken. Hoogst ongebruikelijk, dacht ik bij mezelf, maar wat blijkt: nijlganzen maken hun nesten niet alleen in het riet maar ook in boomholtes of onder struiken of bomen bij water. Ze broeden ook in oude nesten van blauwe reigers, ooievaars en, tot diep in bos, van buizerds en haviken. Wat bijzonder. Nijlganzen komen oorspronkelijk uit Egypte (langs de Nijl, vandaar de naam) maar weten zich hier goed te handhaven.
Hier kun je nog net via de stapstenen links het pad vervolgen, de rest staat helemaal onder water:
Blik achterom:
Het was zwaar lopen: de laarzen werden soms helemaal vastgezogen aan de grond:
Loopspoor van de wilde zwijnen:
Gewoon leuk:
En toen kwam ik aan bij het vennetje in de Risten: het hekwerk lag nog steeds om en was nog niet gerepareerd:
Blik naar links voor het ven:
Ik ben er deze keer maar eens overheen geklommen om een rondje (linksom) om het ven te maken, mits dat kon:
Panorama rondje van 6 foto's van links naar rechts:
Het is hier wel heel erg sereen en mooi, al ruik je hier echt de venige grondlucht; zoals ik al eerder in mijn andere blogs over dit vennetje vertelde, is dit een bijzonder vennetje omdat dit het enige vennetje is waar nog veen in de grond zit. Alle andere vennen zijn of afgegraven of veraard, zodat alle veen is verdwenen. En dat ruik je dus, het is een typisch luchtje.
Veen is organisch materiaal, maar wordt beschouwd als een grondsoort. Het is vaak roodbruin van kleur en er zijn plantenresten herkenbaar aanwezig. Het is vochtig en sponsachtige en vormt zich doordat afgestorven plantmateriaal zich opstapelt in moerassen en wordt bewaard onder natte, zuurstofarme omstandigheden. ( dat ruik je dus).
Afgezien van de organische samenstelling is het bijzondere aan veen als grondsoort dat het ter plaatse is gevormd. Er is hoogveen en laagveen. Laagveen ontstaat in natte laagtes, onder voedselrijke omstandigheden. Hoogveen kan groeien onder voedselarme omstandigheden, door regenwater. Het bestaat m.n. uit Spagnum (mos) soorten, die 10x hun eigen volume aan water op kunnen nemen.
Rondom het ven ligt een smalle sloot als ware het een ware gracht om een onneembare vesting:
En erg makkelijk kwam je er niet bij: het was hier erg moerassig:
Even genieten.....
Ik vind het hier toch wel een beetje een historische plek:
En misschien is dit ook wel de enigste keer dat ik hier kan komen:
De Risten is (net als het Cranendonckse bos) een broekbos van het Buulderbroek, wat een nat bos is in het beekdal van de Buulder AA. Het Buulderbroek ligt in het stroomgebied van drie waterlopen: de Buulder Aa, de Weergraaf en de Boschloop.
Door de glooiingen die ontstaan zijn uit het verleden is in het gebied een beekdal ontstaan. De beekdalen van de Buulder Aa en de Weergraaf waren in het verleden extreem vernat, wat moerasvorming in de hand werkte. Doordat de mens het gebied meer en meer in gebruik nam werd moerasvorming tegengegaan. Dat gebeurde oa via het uitgraven van de Buulder Aa en de Weergraaf en de aanleg van de Boschloop. Door het graven van deze lopen werd zorggedragen voor een betere afwatering en waarschijnlijk ook voor een betere bevloeiing. Deze versnelde afvoer gebeurt ook door aangelegde en gegraven sloten in het gebied. Hierdoor werden de omliggende gronden droger en beter bruikbaar voor agrarische activiteiten.
Het gebied Buulderbroek is door de provincie aangewezen als Natte Natuurparel. Natte Natuurparels zijn natuurgebieden met hoge (potentiële) grondwaterafhankelijke natuurwaarden. Want de natuurlijke rijkdom in het natte Buulderbroek en het Cranendonckse Bos moet in het verre verleden enorm groot zijn geweest. Via het verdrag van Cork zijn afspraken gemaakt tussen Rijk, Provincie en de unie van Waterschappen over het herstel van de natte natuurparels in Nederland, waaronder deze natte natuurparel Buulderbroek.
Tegenwoordig is, door verbetering van de landbouwkundige ontwatering als gevolg van de drinkwateronttrekking door Brabant Water en de in de buurt gelegen rioolwaterzuiverings- installatie van Waterschap de Dommel, en door het rabattenstelsel en het slotenstelsel het gebied nog droger.
In de winter is het centrale gebied lokaal nog behoorlijk nat. Dit wordt veroorzaakt door de leemlagen in de ondergrond. Rondom het vennetje in de Risten, de laatste plek waar ook nog veen in de bodem zit, blijft het ook in de zomer nog nat.
Het “overtollige” water uit het gebied en het achterland wordt via de genormaliseerde waterlopen Buulder Aa, de Weergraaf en de Boschloop versneld afgevoerd.
Door dit natte broekbos in ere te herstellen zal het Buulderbroek opnieuw een aantrekkelijke plek worden voor m.n. bos- en struweelvogels. De Boomklever, Groene specht, Wielewaal, Grasmus en Patrijs hebben hier inmiddels al hun vaste onderkomen. Voor dagvlinders, libellen en zoogdieren gaat het voor zover bekend alleen om algemene soorten. Ook voor amfibieën en reptielen leent het gebied zich goed. De Das heeft zich er nog niet gevestigd; die zal op termijn het gebied vrijwel zeker bereiken.