zaterdag 29 september 2018

Foto's bewerken met Affinity Photo

In mijn vorige blogpost heb ik verteld van Aurora, een mooi fotobewerkingsprogramma.
Vandaag ga ik vertellen over Affinity Photo1.5 voor Windows.
Softwarefabrikant Serif heeft een Windows-versie van hun fotobewerkingsprogramma Affinity Photo op de markt gebracht. Dat is fijn, eerder was het alleen voor MAC-computers. Het heeft dezelfde bewerkingsmogelijkheden als Photoshop, maar voor een veel lagere prijs. Dat klinkt altijd goed in de oren.

Systeemvereisten: 
Minimaal Windows 7 SP1 of hoger, 2 GB werkgeheugen, 670 MB opslagruimte, DirectX 10-compatible grafische kaart of hoger en een monitor met een minimale resolutie van 1024×768 pixels.


Photo Persona
Om een foto te openen kies je file - open en ga je naar de plek waar je foto staat. In de standaard bewerkingsmodus met de opmerkelijke naam Photo Persona kun je in elke kleuromgeving werken: RGB, RGB Hex, HSL, CMYK, Lab en Greyscale. Het bewerkingsscherm heeft bovenaan een traditionele menubalk met daaronder een knoppenbalk en links een verticale menubalk met een groot aantal gereedschappen, waaronder functies als Verplaatsen, Pipet, Uitsnijden, Retoucheerpenseel, Kloonstempel enzovoort. Rechts diverse paletten met daarin een groot aantal bewerkingsfuncties.
Bewerkingen en aanpassingen aan een foto worden in niet-destructieve lagen geplaatst. Klik je op Layers dan kun je de gedane bewerkingen eventueel weer verwijderen of de volgorde ervan wijzigen. Sommige effecten vereisen een speciale blending modus die via een pull-down menu in het Layers palet kan worden geselecteerd. Dit gebeurt live, dus je kunt het het geselecteerde effect eerst bekijken voordat je hethet toepast.

Filters
Affinity Photo telt een groot aantal filters, onderverdeeld in de groepen Blur, Sharpen, Distort, Noise, Detect en Colours. Dan zijn er ook de zogeheten Live Filters die op een niet-destructieve manier kunnen worden toegepast. Dit betreft diverse Blur filters, Clarity, Vignette, Perspective filters en andere effecten. Via de optie Plugins kunnen ook Photoshop compatibele filters worden gestart. De ondersteuning van dergelijke filters is echter nog niet optimaal. Na installatie van bijvoorbeeld de Nik Collection bundel komen slechts twee filters tevoorschijn in het menu Plugins. Dan moet je de rest van de filters handmatig toevoegen. Daarna werken ze wel verder zonder problemen.
Dat geldt overigens niet voor alle Photoshop compatibele filters.

Naast filters zijn er ook een groot aantal merge-functies, te weten Panorama stitching, Stacking, HDR Merge en Focus Merge. De werking is simpel: kies File en de gewenste Merge optie en selecteer daarna de benodigde beelden via Add en klik daarna op OK. Er volgt een samenvoeging waarbij automatisch alle foto's worden uitgelijnd en een perspectiefcorrectie wordt toegepast. Het zijn krachtige functies die veel mogelijkheden bieden. Zo kun je met de nieuwe functie Focus Merge heel simpel meerdere macro-opnamen van eenzelfde onderwerp met verschillende scherptedieptes combineren tot één beeld met een grotere scherptediepte. Ook de nieuwe HDR Merge functie biedt veel creatieve mogelijkheden.

RAW-editor
Wanneer je een RAW-bestand laadt, dan wordt deze automatisch in de modus Develop Persona geopend. Affinity Photo 1.5 ondersteunt ruim 70 nieuwe RAW-bestandsformaten en heeft nu duizenden camera- en lensprofielen aan boord voor het uitvoeren van lenscorrecties. Deze lenscorrecties worden direct na het openen van een beeld automatisch uitgevoerd, maar men is nog een en ander eventueel handmatig aanpassen. Via het venster Adjustment kun je vervolgens via opties als Levels, White Balance, HSL Adjust, Brightness/Contrast, Exposure en Curves de foto helemaal naar eigen wens aanpassen. Er zijn in de menubalk ook knoppen om dingen automatisch te laten uitvoeren, te weten Auto Levels, Auto Contrast, Auto Colours en Auto White Balance. Dat is vooral handig als je weinig tijd hebt of als eerste stap in het beeldbewerkingsproces. Vermeldenswaard is verder dat de Develop Persona modus in deze versie een groter kleurbereik heeft en in een 32-bit omgeving functioneert. Via file -export of door een klik op de knop Export Persona in de knoppenbalk kan je de bewerkte foto opslaan in een van de ondersteunde bestandsformaten, waaronder PNG, JPEG, GIF, TIFF, EPS, PDF en PSD.

Nieuwe functies
De nieuwe functie Tone Mapping Persona heeft mooie HDR presets met diverse handmatige instelmogelijkheden. De functie werkt in combinatie met de nieuwe HDR Merge functie, maar ook op 1 enkele foto. Eerst selecteert je een van de presets: Default, Extreme, Crazy of James Ritson Customs. Dan klikt je op een van de getoonde voorbeelden en vervolgens kun je in het Tone Map palet rechts de foto verder handmatig verfijnen totdat je tevreden bent met het resultaat. Deze presets zijn onder andere erg handig om de doortekening in schaduwen te verbeteren of om foto's snel wat pittiger te maken. Nieuw is ook de mogelijkheid om door middel van macro’s taken te automatiseren. Handig is de mogelijkheid om macro’s toe te passen in de nieuwe batch (kies File - New Batch Job) functie, waarmee je bewerkingen op grote aantallen beelden kan uitvoeren. Tot slot biedt Affinity Photo nu ook de mogelijkheid om 360-graden beelden te bewerken. Je kunt inzoomen op en door het 360-graden beeld bewegen en deze bewerken.


Laat ik maar eens een voobeeld laten zien:

Open Affinity.
Klik op Close:


Zoek je afbeelding en klik op openen:


Ik heb hier gekozen voor 1 foto. Je kunt ook kiezen bv New HDR merge (3 of meer foto's, maar dat volgt later). Links de gereedschappen, rechts de bewerkingsmogelijkheden. Hier heb ik het standaardfilter solarize gekozen:


En hier een geinstalleerd filter van topaz: adjust 5: er opent dan een extra scherm:


Ik koos heavy pop smooth met dit als resultaat:


Als je kiest voor New HDR Merge worden eerst de 3 foto's samengevoegd en krijg je een standaard HDR afbeelding, waarna je nog verder kunt bewerken.
Klik je bovinein op filters dan zie je de standaardfilters. Onder plugin staan je Photoshop of eigen andere filters. Maar niet zomaar, die moet je installeren. Uitleg staat in de link onderaan deze blogpost.

Conclusie
Serif Affinity Photo 1.5 for Windows is een eveneens een mooi krachtig beeldbewerkingsprogramma. Grootste minpunt is de (nog) beperkte ondersteuning van plug-in filters, maar daar wordt volgens Serif hard aan gewerkt. Prijs is ook gunstig: het kost slechts € 49,99.

Kijk voor meer informatie op www.affinity.serif.com.

Donwload hier de Trial:  http://www.download82.com/download/windows/affinity-photo/

Hier een mooi Nederlands artikel over het werken met Affinity (Nederlands):

https://computertotaal.nl/artikelen/apps-software/fotos-bewerken-met-affinity-photo/?API_COOKIE_REDIRECTED=True

Foto's bewerken met Aurora 2018

Aurora is fotobewerkingssoftware die helemaal gericht is op HDR fotografie. In 2016 werd de eerste versie gelanceerd door Macphun en dit jaar is het geupdated naar Aurora HDR 2018. Deze HDR fotobewerkingssoftware werd in de markt gezet als de meest uitgebreide HDR software ooit gemaakt. Reden dus om de Trial te downloaden en om de software eens keer goed door te nemen en een paar foto’s samen te voegen tot een HDR foto. Je kunt zelfs ook 1 enkele foto bewerken. Het hoeft niet perse een RAW foto te zijn. Dat is natuurlijk hartstikke mooi. Raw bestanden zijn groot en je kunt veel minder foto's op je kaartje plaatsen.

Hoewel steeds meer high-end digitale camera’s over een ingebouwde HDR-functie beschikken, heb je de meeste controle over het eindresultaat als je de diverse belichte beelden op de computer samenvoegt tot een HDR-beeld. Aurora HDR 2018 heeft een groot aantal gereedschappen en voorinstellingen verpakt in een intuïtieve gebruikersinterface.

Systeemvereisten:
Windows 7 of hoger, Intel Core i3 processor of beter, 4 Gb werkgeheugen of meer, Direct X 10 compatibele grafische kaart of beter, 2 Gb vrije harddiskruimte en een beeldschermresolutie van minimaal 1280×768 pixels.

Op de website van Macphun kun je een 30 dagen probeerversie van Aurora HDR 2018 downloaden om het programma op de eigen computer uit te proberen, zoals ik dat gedaan heb:

https://skylum.com/nl/aurorahdr   kies free trial

Het programma kan zowel standalone draaien of als plug-in functioneren in Adobe Lightroom 4, 5, 6 en CC, Photoshop Elements 10 en hoger en Adobe Photoshop.

De 2018 editie van Aurora HDR is aanzienlijk verbeterd. De gebruikersinterface ziet er modern uit en het bewerken van beelden is een stuk gebruiksvriendelijker en gemakkelijker geworden. Zo bezit deze versie een nieuw Tone Mapping algoritme dat automatisch de beeldruis reduceert en een realistischer en meer natuurlijk ogend beeld maakt. Een nieuw lenscorrectie gereedschap corrigeert alle soorten lensvertekeningen evenals chromatische aberratie en lichtafval in de hoeken. Met de nieuwe Transform tool kan men beelden gemakkelijker schalen, roteren en verplaatsen. Een nieuw HDR Enhance Filter zorgt voor een betere detaillering en helderheid, en corrigeert kleuren, details en contrast zonder bijwerkingen. En met het nieuwe Dodge & Burn filter kun je selectief delen van een beeld donkerder of lichter maken zoals vroeger in de donkere kamer. Leuk voor degenen die vroeger onegwild afscheid hebben moeten nemen van hun doka!
Dankzij het History Menu kan men bewerkingen eventueel ongedaan maken met Image Flip and Rotate kun je beelden snel rechtzetten. Met HDR Details Boost kun je details in een beeld er nog beter laten uitspringen.
Verbeterd ten opzichte van de vorige versie zijn onder andere de ondersteuning van RAW-beelden, de verwerkingssnelheid, het Structure en Crop gereedschap.

Oke, genoeg inleiding. Laten we eens gaan kijken hoe dat eruit komt te zien.


Na het starten van het programma wordt een welkomstscherm getoond:


Wil je het programma beter leren kennen kies dan hier voor de opties New to Aurora HDR 2018? of User Guide. Hier vind je een webpagina met verschillende  instructievideo’s. De tweede optie opent een Engelstalige site met uitleg over de installatie en werking van het programma. Rechts van deze opties zien we een blauwe balk met de tekst Open Image. Hier kun je beelden in het programma laden. Eventueel kun je eerst ook klikken op de optie eronder: Open Sample Image. Er worden dan drie beelden geopend die je kunt samenvoegen tot een HDR-beeld. Een prima manier om kennis te maken met dit programma. Kies maar eens voor deze optie en er verschijnt een venster genaamd HDR image will be made from this met daarin drie foto's. Het eerste dat opvalt is de strakke en rustig ogende gebruikersinterface. De werkruimte is zwart met grijsblauwe balken. Linksonder in dit venster vindt je die opties Alignment, Ghost Reduction en Chromatic Abberation Removal, die eventueel kunnen worden aangezet door middel van een vinkje. Is alles naar wens ingesteld, dan druk je op de knop Create HDR om de drie foto's samen te voegen tot een DHDR-foto. Deze verschijnt nu in de werkruimte en staat klaar om nu verder te worden bewerkt.

Vervolgens koos ik voor slechts 1 foto. Ik ga nu een eigen foto laden. File - open - kies je foto - open - openen:


Klik vervolgens op crate HDR. Hier zal 1 HDR foto van gemaakt worden. Dat duurt even. Als het verwerkt is krijg je het volgende scherm:


Dit is je basis scherm.
De werkruimte bestaat uit een menubalk met daaronder een rij knoppen, het te bewerken beeld met daaronder thumbnails die de voorinstellingen of presets vertegenwoordigen en rechts een histogram met daaronder de opties Layers en Filters. Via de rij knoppen kun je onder andere een te bewerken foto openen, in- en uitzoomen, schakelen tussen het origineel en bewerkte foto, een bewerking ongedaan maken, de bewerkingsgeschiedenis bekijken, een foto croppen, de voorinstellingen en de rechterkolom aan- en uitzetten. Om snel een foto te bewerken kun je het beste eerste een voorinstelling kiezen die dicht in de buurt komt van wat je voor ogen hebt. Het programma telt diverse categorieën met voorinstellingen, te weten Basic, Landscape, Realistic, Architecture, Dramatic, Indoor, Captain Kimo, Serge Ramelli en Trey Ratcliff. Via de knop catergories:


Na het kiezen van een categorie  kun je via de diverse gereedschappen onder Filters rechts de foto verder bewerken. De gereedschappen die je hier tot je beschikking hebt  zijn HDR Basic, Color, HDR Structure, HDR Denoise, Image Radiance, Polarizing Filter, HDR Details Boost, Glow, Top & Bottom Adjustment, Tone Curve, HSL, Color Toning, Dodge & Burn, en Vignette. Bijna elk gereedschap werkt met schuifbalken om specifieke wijzigingen door te voeren. Ben je klaar, dan kun je via de knop Export to Image rechtsboven ervoor kiezen de zojuist gemaakte HDR-foto op te slaan of te delen met anderen via Facebook, Twitter of email. Hoe leuk en handig is dat!

Na het inladen van de HDR foto’s kun je dus kiezen uit een breed aanbod van presets. Dit geeft een goed startpunt om de foto verder te bewerken. Op zich is dit niets nieuws ten opzichte van andere HDR software. Wat deze software wel erg bijzonder maakt is dat er ontzettend veel instellingen aan de rechterzijde te vinden zijn, veel meer dan bij een gemiddeld HDR fotobewerkingsprogramma. Hierdoor heb je de controle over de kleinste details in de foto en daar houden de meeste fotografen natuurlijk van.
Bovenop deze mogelijkheden komt ook nog eens de mogelijkheid om met lagen te werken. Dit maakt Aurora een uniek HDR fotobewerkingsprogramma waarin je ontzettend veel aanpassingen kunt maken om de HDR foto optimaal te krijgen. Ook kun je in een handomdraai een luminosity mask maken, een geavanceerde bewerkingstechniek die je nog meer controle kan geven over de details in de schaduwen en hooglichten. Doordat hier een speciale knop voor is met zone-aanduidingen in het histogram, wordt het heel toegankelijk gemaakt.


We waren gebleven bij het kiezen van een preset: ik heb het vinkje bij alle laten staan, dan heb je een beter overzicht. Er zijn 99 presets verdeeld over 9 categorieën. Ik scroll even door alles heen en dan nog eens om te kiezen welke ik leuk vind.


Vervolgens komen onder de foto alle presets die in die categorie vallen. Probeer ze gewoon eens uit.


Ik ga nu een aantal foto's laten zien die ik in Aurora 2018 heb bewerkt door enkel een preset te kiezen. Allereerst de originele foto:


Met preset architecture:


Met preset deep sky:


Met preset desaturated:


Met preset dramatic black and white:


Met preset dreamy:


Met preset rocking river:


Met preset romantic glow:


Met preset warm dawn:


Met preset rocking ocean:


Met preset sunset look:


Met preset curious conscious:


Je ziet dat elke preset weer een andere look geeft aan je foto. Er zijn legio mogelijkheden. Op internet staan heel veel vij te downloaden presets, maar er zitten ook hele dure paketten bij.

Voor mij is de conclusie duidelijk: als je HDR fotografie leuk vindt en het maximale uit een foto wilt halen, dan is Aurora HDR 2018 een prachtig programma. Door de vele mogelijkheden kost het wel even tijd om alles onder de knie te krijgen, maar dan heb je ook wat.

Aurora HDR 2018 is te gebruiken als stand alone software waardoor je dus al je HDR-reeksen kan samenvoegen. Mocht je al een gebruiker zijn van Adobe Lightroom, Adobe Photoshop of Photoshop Elements, dan heb je de mogelijkheid een plugin te installeren. Met behulp van de plugins kan je makkelijk van het ene programma naar het andere programma gaan.


Kijk voor meer informatie op www.aurorahdr.com. en vooral hier: https://skylum.com/nl/aurorahdr  in Nederlands.

donderdag 27 september 2018

Wandeling Sarsven Nederweert

Vandaag was het nog een dag prachtig weer: 22 graden en een helderblauwe lucht met een lekker zonnetje. Goed weer dus om nog een keer terug te gaan naar het Sarsven in Nederweert waar ik afgelopen maandag ook al was. Zie mijn vorige blogpost.
De auto op dezelfde plek geparkeerd aan de Visdijk en weer dezelfde route gelopen naar het ven met de zwanen. Maar vandaag wilde ik verder naar de zuidkant, waar de kijkhut moest staan.

De schapen die maandag achteraan bij de boerderij stonden waren verplaatst naar het weiland met het grote hek ervoor, en waar je mag wandelen:


Ik liep hier over een echt zand-heidegebiedje.

Het Sarsven maakt zoals ook al in mijn vorige blogpost verteld deel uit van de zgn. Peelvennen. Ze wordt ontwaterd door de Einderbeek met haar zijtakken, die in de Tungelroyse Beek uitkomt. Alle Pelen zijn tegen het einde van de laatste ijstijd ontstaan als een smeltwaterdal in het toendertijd gevormde dekzandland schap aan de zuidoostrand van het Plateau van Weert. Plaatselijk stoven dekzandruggen het dal in, terwijl op andere plekken juist dekzand uit het dal stoof. Hierdoor ontstond een reeks diepe kommen, van elkaar gescheiden door drempels. Tijdens het Holoceen vulden de kommen zich met water, waarin verlanding optrad. Na verloop van duizenden jaren waren de Pelen allemaal opgevuld met laagveen. Bovenop dat laagveen ontstond overgangsveen en uiteindelijk hoogveen. Dat hoogveen groeide vanuit het oorspronkelijke dal omhoog tegen het Plateau van Weert en in het noordoosten vormde het waarschijnlijk ooit één geheel met het hoogveen van de Groote Peel.

Vanaf de Middeleeuwen staken en baggerden de bewoners van omliggende dorpen in de Pelen ten zuidoosten van het Plateau van Weert turf. De Banen dankt zo zijn naam aan de turfbanen, die er ooit dwars overheen gelegen moeten hebben. Wat er na de turfwinning overbleef, was een reeks vennen met daaromheen natte heide en op de hogere terreindelen droge heide en stuifzanden. De uitgeveende plassen verlandden niet of nauwelijks, want de bewoners van de omliggende dorpen en gehuchten konden vrijwel alle planten die in en rond de vennen groeiden gebruiken: Riet (Phragmites australis) en Mattenbies (Schoenoplectus lacustris) om daken mee te bedekken of stoelen te matten, Wilde gagel (Myrica gale) om bier mee te kruiden en andere planten om ze in potstallen te mengen met mest van het vee, om met dit mengsel vervolgens de akkers te bemesten.

Wat we hier zien is denk ik droge heide met stuifzand. De grond is vrij hard en je voelt de stugge planten onder je voetzolen:


Er zijn hier veel grote vlakken met sterretjesmos te zien: ws. is dit het echt zandhaarmos (Polytrichum juniperinum):


Ik ben echter geen mossenkenner. Dus ik kan het niet met zekerheid zeggen. Mossen determineren is ook niet gemakkelijk. Dit mos komt voornamelijk voor in droge heide en zandverstuivingen.

Zaden van allerlei planten kunnen hier wel goed kiemen. Vannacht heeft het licht aan de grond gevroren, wat op dit plantje goed te zien is:


Dit is het Boerenwormkruid (Tanacetum vulgare):


Ze bloeit vanaf juli tot en met september met gele bloemen, die schermvormige pluimen vormen aan het einde van de stengel. De bladeren lijken een beetje op varenbladeren. In het volle zonlicht richten zij zich plat naar het zuiden. Als ze gewreven worden geven ze een kruidige geur af. De stengel is enigszins verhout en bovenaan sterk vertakt. Ze kan wel tot 1.20 meter hoog worden.


Hier en daar zag ik sporen in het zand:


Nu zou het leuk zijn als ik wist van welk dier deze sporen waren. Ik ben ook geen echte spoorzoeker haha.... maar het is wel bekend dat het hele Peelvennengebied rijk is aan een groot aantal zoogdiersoorten zoals de das, ree, wild zwijn, hermelijn en bunzing. Door de gunstige ligging in een rustig en weinig bebouwd agrarisch gebied dat bovendien door weinig wegen wordt doorsneden. Het is natuurlijk op deze foto niet echt goed te zien, maar aan de ovale vorm te zien zou het van een vos of das kunnen zijn. 

Deze ochtend kwamen veel groepen ganzen overvliegen. Het zijn grauwganzen die hier veel voorkomen. Tijdens de vogeltrek vliegen grauwe ganzen in een V-vorm, waarbij ze het bekende schor klinkende gak-gak roepen: 


Het zijn zogenaamde deeltrekkers: sommige trekken weg, sommige blijven in het broedgebied en in Nederland komen 's winters grauwe ganzen uit Noord-Europa.
Het zijn grote grijze watervogels met roze poten, zwarte vlekjes op de buik. De kop is lichtgrijs, de voorvleugel is grijswit. De snavel kan roze of oranje zijn, afhankelijk van de soort.
Wat ook wel leuk is om te vertellen: tijdens de rui waarin de ganzen  niet kunnen vliegen zoeken ze een goed heenkomen in rietlanden. Ze kunnen dan zo veel riet (vooral de wortelstokken) consumeren dat de verlanding door riet wordt tegengegaan.

Ik ging nog even een kijkje nemen aan het ven:


Voornamelijk zwanen hier:




Ik kan en mag niet dichterbij komen, dat recht is alleen voorbestemd aan de natuurbeheerders hier. Het is nl een rustgebied. Dus ik kan niet gaan kijken wat hier allemaal groeit. Maar de fauna wordt in veel documenten over dit gebied uitvoerig beschreven.

Eigenlijk heeft dit gebied een rijke historie wat watervoorziening en gebrek betreft.
Al in 1296 had Weert gebrek aan water en mocht vanaf dat moment water aftappen uit de Abeek bij Bocholt (Belgie). Dit water werd via de Weerterbeek naar Weert geleid. Nadat er in Weert en Nederweert afvalwater van brouwerijen, blauwververijen en zuivelfabriekjes op was geloosd, werd het water via een beek naar De Banen en vandaar naar de andere Peelvennen geleid. 

In die vennen werd het water ook nog eens voor allerlei doeleinden benut, zoals het kweken van vissen en medicinale bloedzuigers en het roten van vlas (blootstellen aan water om de vezels te laten vrijkomen). De wateraanvoer via de Weerterbeek was voor Weert zó belangrijk, dat deze gemeente continue een veldwachter langs de beek liet patrouilleren om te voorkomen dat onderweg kostbaar water zou worden afgetapt door bewoners van de streken waar de beek doorheen liep.

Nadat de Weerterbeek in de 19de eeuw werd doorsneden door de Zuid-Willemsvaart, werd steeds meer water uit dat kanaal afgetapt en werd de beek geleidelijk overbodig. Begin 20ste eeuw werd de afwatering van de Peelvennen sterk verbeterd door de aanleg van de Einderbeek met diverse zijbeken, sloten en greppels.

Door de opkomst van kunstmest verdween het oude heidepotstalsysteem omstreeks diezelfde tijd en werd de voedselarme omgeving van de vennen vrijwel volledig ontgonnen tot akkers en graslanden. Aan het oogsten van planten uit de vennen en van de venoevers kwam een einde en door de combinatie van de genoemde factoren ontstonden in enkele decennia brede kragen met Riet en andere moerasplanten in de Peelvennen en struwelen en broekbossen eromheen. 

Als gevolg van ontginning, eutrofiëring en verdroging gingen de natuurwaarden gestaag achteruit. Aan het eind van de jaren tachtig waren de natuurwaarden van de vennen grotendeels verdwenen.

Herstelmaatregelen in de laatste 20 jaar hebben gelukkig geleid tot een spectaculaire terugkeer van tal van (zeer) zeldzame planten en dieren.

Ik vervolg mijn wandeling naar de kijkhut die hier ergens moet staan. Daar kwam dan eindelijk het loopbruggetje naar de uitkijktoren in zicht:


Zeer waarschijnlijk zijn hier omstandigheden dat het er zo nat is dat je er niet kunt lopen. Ik zal nog eens vaker terug gaan om te kijken hoe dat zit. Voor nu kon ik lekker door het heidegebiedje wandelen. Er ligt een laag gaas op om te voorkomen dat je uitglijdt als het hout nat is, de brug is aangelegd door het Limburgs Landschap:


Dit soort dingen vind ik nou leuk, het geeft me een gevoel van avontuur. Blikje achterom:


Ik zag het al, nu is het er vrij droog, maar als het niet zo droog is staat er meer water en kom je zonder dit bruggetje echt niet bij de kijkhut. Nog een klein stukje te gaan: aan de rechter kant veel riet:




Aan de linker kant ook, veel riet en lisdoddes:




Aangekomen aan de oever van het ven waar de kijkhut staat: wat is het mooi hier:


Maar ik moest eerst nog een klein stukje door het bos:

Mooi verscholen: een eenvoudige kijkhut maar des te onopvallender:


Er stond nog een infobord maar daar was niet veel meer van te lezen:


Eenmaal bovenop de kijktoren had je een prachtig uitzicht, ik stond hier zo'n beetje aan het zuidelijkste deel van het Sarsven: blik rechtvooruit:


Blik naar rechts:


Wat een rust:


Volgend keer een verrekijker meenemen. Er zaten nu niet veel vogels, dus ik verliet de uitkijktoren weer:


En vervolgde de wandeling door het bospad:


Nog geen paddenstoelen te zien in dit mooie bosje.....behalve dan dit opzichtige bundeltje Sombere honingzwammen (Armillaria ostoya):




Niks sombers aan als je de tot eerste paddestoelen behoort die zich laten zien in de vroege herfst. Het is een algemene paddestoel in ons land die te zien is van september tm november. Ze heeft grote hoeden die wel tot 10 cm groot kunnen worden. De kleur is bruin met donkere schubjes en een donker gestreepte rand en een witte ring op de steel. Je ziet ze in bundels staan op stam en wortelbasis van loof- en naaldbomen, en ook wel op stronken op zandgronden.
Het is een parasitaire paddestoel dwz dat de boom waarop hij groeit doodgaat. De schimmel ondergronds kan km's groot zijn en wel 1000 jaar oud worden. Hiermee is deze schimmel het grootste organisme ter wereld!. Ze verdient dan m.i. een wel iets spectaculairdere naam!

Mijzelf even laten vereeuwigen op dit leuke loopbruggetje:




Ik heb nog even gekeken of hier achteraan nog een pad liep maar dat was niet zo. Ik had de grens met een kavel van een particulier bereikt:


 Ik ben toen terug over het bruggetje nog eens linksaf het bos ingelopen om te kijken of ik om het ven heen kon lopen. Maar dat is allemaal rustgebied. Je kon alleen nog door het bos lopen. Ik had het idee dat ik dan snel aan de rand van dit gebied zou komen, en dat was ook zo: voor mij lag de Houtsberg:


Ik ben toen weer terug gelopen naar het heidegebiedje. Weer vlogen tientallen ganzen over, ze leken van de Banen af te komen (ligt achter de bosrand) en vlogen over het heidegebiedje richting zuiden. Tijdens het vliegen roepen de ganzen voortdurend met elkaar. Je hoort ze vaak al van verre aankomen:


Ganzen zijn groot en zwaargebouwde watervogels. Ze zijn zijn gespecialiseerd in het grazen en leven meer op het land dan andere watervogels.  Daarvoor hebben ze sterke, vrij lange poten, die midden onder het lichaam staan . Hierdoor kunnen ze goed lopen. Na de broed en de rui blijven ze in groepen bij elkaar om te herstellen. In Europa leven twee geslachten: Anser (Grijze ganzen) en Branta (Zwart-witte ganzen). De grauwe gans behoort tot de Anser. Het vrouwtje noemen we een gans, het mannetje heet eigenlijk een ganzerik, gent of gander. Ze kunnen wel 30 jaar oud worden.

Er kwamen er steeds meer bij:


En circelden met elkaar wat rond tot blijkbaar iedereen er was die mee wilde:


Het was een rommeltje in de lucht:


Ze waren bezig groepjes te vormen. Groepen ganzen vliegen nl. bijna altijd in een V-vorm. Door zo te vliegen verbruiken ze minder energie. Ze kunnen dan gebruik maken van de opwerveling die volgt uit de vleugelslag van de voorganger. De voorste vogel heeft het dus het zwaarst, maar de ganzen wisselen regelmatig van plaats. Ze kunnen tot wel op een hoogte van 9 km vliegen (dus ook bij koude temperaturen), dat is bijna zo hoog als de tophoogte van een vliegtuig. Ze zijn gevoelig voor turbulentie in lucht en water.: ze voelen de sterke veranderingen vooraf aan en reageren daar op, door b.v. neer te strijken.
Vliegen kost ganzen slechts 10% meer energie als zwemmen of lopen. Daarbij zijn de vliegsnelheden tussen de 60 en 90 km/u. Het formatievliegen levert nog eens 25% extra energiebesparing op. Normaal maakt een gans ongeveer 90 vleugelslagen per minuut. In de V-linie ongeveer 60.


Hoe ze het doen weet ik niet, maar uiteindelijk hadden zich kleine groepjes gevormd. Het blijkt dat oudere ervaren ganzen tijdens de lange trektochten de weg wijzen:


De sierlijke vlucht van de grauwe ganzen als ze eenmaal een groepje hebben gevormd is adembenemend om te zien:


Nergens in Europa vind je zoveel ganzen als in Nederland. De meeste zie je in de winter. Ze komen dan naar zuidelijke gebieden om te grazen op de kwelders en de weilanden. Jaarlijks overwinteren meer dan 2 miljoen ganzen in Nederland.  Tegenwoordig zijn er in de zomer ook veel ganzen in ons land.

Veel ganzen zijn trekvogels, die in het hoge noorden broeden en in zuidelijker streken overwinteren. Sommige soorten vliegen zo twee keer per jaar zo'n 5000 kilometer. Grauwe ganzen vliegen 1200 km vanuit Noord Scandinavië. Begin oktober komen deze ganzen in Nederland aan. De Waddenzee vormt samen met het deltagebied de belangrijkste overwinteringsplaats voor de brandgans, grauwe gans en de rotgans. Overdag is er voldoende voedsel te vinden in de kwelders en graslanden en 's nachts biedt het water een veilige slaapplaats. Vanaf half maart vliegen de meeste grauwe ganzen weer naar hun broedgebieden in Scandinavië. Maar niet alle ganzen gaan 's zomers naar het noorden. Er zijn Grauwganzen die hier blijven om te broeden ipv in noordelijke landen, maar er zijn ook grauwganzen die hier overwinteren ipv zuidelijkere landen. Waarschijnlijk komt dit omdat ze paren hebben gevormd met de boerenganzen die hier altijd verblijven. In 2008 broedden er 13 soorten ganzen in Nederland, waaronder grauwe ganzen en brandganzen. 

Halverwege het heidegebiedje staat een bankje, geplaats door de Vogelwerkgroep Nederweert. Dat bankje staat er niet zomaar. Je hebt hier sowieso een prachtig uitzicht maar ik denk dat het daar geplaatst is vanwege de vogels die hier voorbij trekken:




Zoals vandaag de vele ganzen en eerder deze week de zwanen. Dat is prachtig om te zien. Goed idee....zo kun je rustig dit schouwspel bekijken:




De vereniging bestaat sinds 1993 en is opgericht door een aantal vogelaars. Met als doel de bescherming van vogels in hun natuurlijke omgeving. Zij tracht dit te bereiken door onderzoek, archivering, verstrekken van gegevens aan derden, nestbescherming, voorlichting en educatie. Ze hebben een mooie website:

https://www.vogelwerkgroepnederweert.nl/


Ik ging er lekker even zitten om uit te rusten en wie weet zou er weer een groepje zwanen overvliegen. Maar helaas...... 

Achter mij lag een groot stuk akkerland:




Een stuk land waarop worteltjes werden verbouwd, gezien er hier en daar een worteltje was blijven liggen:


Toen zag ik ook de pootafdrukken in het zand:


Het dier heeft zich hier onder het prikkeldraad door toegang verschaft  tot de akker (platgelopen gras):


Wat leuk om te zien. Vaak zie je afdrukken alleen als de grond nat is, of in de sneeuw, maar een plek waar verder niemand komt laat natuurlijk ook zijn sporen zien:


Het spoor was alleen vlak langs de kant....ik was benieuwd welk dier dat geweest kon zijn.....ik denk van het zelfde dier waarvan ik midden op het heidegebiedje ook al sporen zag: de das waarschijnlijk. Gezien de breedte van de afdruk. De das is een nachtdier en schuifelt met zijn neus aan de grond in zijn territorium rond, op zoek naar langzaam bewegende prooien en plantaardig voedsel. Het is een alleseter. Een slechte  jager en hij eetalles wat hem direct voor de neus komt. Door zijn luidruchtige manier van foerageren ontsnapt vrijwel alles wat alert is. Hij eet daarom voornamelijk regenwormen, die hij 's nachts in weilanden en open gebieden opspoort. Verder eet hij bosvruchten, gevallen fruit, noten, eikels, knollen, maïs, koren, paddenstoelen, knaagdieren, slakken, kevers en hommel- en wespenbroed. In bermen, weilanden en graslanden wroet hij naar kevers en insectenlarven, wanneer die gedurende een paar weken in het voor- en najaar onder het gras zitten. Dus...alle kans dat dit het werk van een das was. Bovendien bouwt hij zijn burcht tussen tussen struiken en in heggen en houtwallen. Zoals hier!!!




Rond het bankje stond nog wat ander natuurschoon: dit is het Boerenwormkruid (Tanacetum vulgare):


Vroeger werd de plant gebruikt als middel tegen wormen bij mensen en vee, vandaar de Nederlandse naam. De botanische naam Tanacetum is vermoedelijk afgeleid van het Oud-Griekse woord athanasia (onsterfelijk). Het heeft deze naam waarschijnlijk te danken aan het feit dat de bloemen niet gemakkelijk verwelken en lang hun gele kleur behouden, maar het kan ook duiden op een soort levensdrank die ervan gemaakt werd. Vulgare betekent gewoon of algemeen voorkomend.


Deze bloem lijkt er wel een beetje op maar heeft naast het bolle bloemhoofdje een krans van gele straalbloempjes. Het is het  Sint Jacobskruid (Jacobaea vulgaris):


Het is een zeer giftige (voor mens en dier) pioniersplant die zich snel verspreidt doordat een volwassen plant 75.000 tot 200.000 zaadjes kan produceren, die in een vruchtpluis door de wind worden meegevoerd en op open plekken in het gras makkelijk kiemen. Je ziet ze dan ook veel:


De prachtige bloem van de Keizerskaars (Verbascum phlomoides):


Het Duizendblad (Achillea millefolium):


De geslachtsnaam is afgeleid van Achilles, die duizendblad met zijn legers meenam voor de behandeling van krijgswonden. In het volksgeloof van de Middeleeuwen werd de plant ook een beschermende kracht toegedicht tegen spoken en de duivel. Hiervoor moest hij onder de dorpel van het huis worden neergelegd. 

Struikje in wording:


Tot zover het eerste deel van mijn wandeling. Ik had nog geen zin om naar huis te gaan, het was zo'n heerlijk weer, dus ging ik terug naar het hoofdpad en ging daar rechtsaf, richting de Banendijk. Een goed aangelopen breed pad in het tussengebied van het Sarsven en de Banen loopt naar de grote weg. Zie kaartje google maps:


De Banendijk heet zo omdat vroeger hier een "baan" gelopen heeft tussen de turfvennen.
Voor afwatering en transport van de turfwinning werden vaarten en kanalen gegraven. Particulieren echter staken ook turf en voerden dat af met karren via de uitgespaarde "peelbanen". Iedere boer groef hier turf op zijn eigen (of jaarlijks gepachte) stukje grond, waardoor veenputten (eendagsputten) van verschillende grootte en vorm ontstonden. Sporen van de peelbanen en vaarten zijn tot op de dag van vandaag vooral nog goed zichtbaar in Nationaal Park De Groote Peel.

Op het eerste open gedeelte waren nog veel libellen te zien: de late Bruinrode heidelibellen (Sympetrum striolatum)  deden zich tegoed aan het zonnetje, zittend op de houten palen. Als ze wegvlogen kwamen ze telkens weer op dezelfde plek terug, net zoals ze dat doen aan het water. Dat gaf mij mooi de gelegenheid om ze te fotograferen. Ze waren totaal niet bang en bleven mooi zitten; je kon wel merken dat ze alles goed in de gaten hielden: hun grote ogen rolden alle kanten op, een mooi gezicht:


Ze vliegen van juli tot oktober:


 De echte libellen hebben voorvleugels die iets kleiner zijn dan de achtervleugels. Echte libellen houden hun vleugels in rust wijd gespreid als ze zitten, of soms zelfs naar voren zoals hier. Juffers houden de vleugels schuin omhoog bij elkaar of een beetje gespreid. Daaraan kun je dus ook zien dat het een echte libelle is:


Uitvergroot: wat een koppie he! Het opvallendste aan de kop zijn de samengestelde ogen, die uit 10.000 tot 50.000 facetjes bestaan. Hiermee nemen ze bewegingen waar, het bovenste gedeelte ziet scherp op afstand en het onderste dichtbij. Om licht en donker te kunnen onderscheiden hebben ze nog drie enkelvoudige ogen. Hoogstwaarschijnlijk functioneren ze als een optisch evenwichtsorgaan. De vervorming van de antennes stelt ze in staat snelheid te meten. Met de forse monddelen kunnen ze hard bijten, maar deze worden alleen gebruikt voor het kauwen op insecten:


 Wat is het toch een ongelooflijk mooi insect:




Ook leuk om hem eens van bovenaf te fotograferen:


Vrouwtje van hetzelfde soort:


Ik had beide libellen aangemeld bij Waarnemingen en ze zijn goedgekeurd. :-)
Dan wordt de begroeiing wat dichter:


Blik achterom:


Aan de rechterkant stonden de schapen, ik baande mij een weg tussen de bramenstruiken om dichterbij ze te komen:


Misschien is dit het Kempisch heideschaap: een vrij hoogbenig ongehoornd rank schaap, dat sterk doet denken aan het Veluwse heideschaap. Het werd gehouden ten zuiden van de grote rivieren op de heidevelden van Brabant en Limburg. Dankzij de Stichting Het Kempische Heideschaap (opgericht in 1967) is het ras voor uitsterven behoed.


In dit geval weet ik niet of het gewoon schapen zijn van een particulier of dat ze zijn ingezet voor het herstel van dit gebied.
Als heide en stuifzanden nl. sterk vergrast zijn levert het beweiden met schapen  onvoldoende resultaat op. Dit geldt in ieder geval voor het terugdringen van m.n. het pijpenstrootje. Opvoeren van het aantalschapen tot meer dan 2 per ha leidt meestal tot vertrapping van vooral oudere heidestruiken. Hierdoor ontstaan open plekken waarvan vooral grassen profiteren en waar berken gaan kiemen. Herstelbeheer wordt daarom meestal uitgevoerd met hoefdiersoorten die veel biomassa kunnen afvoeren en struwelen kunnen openbreken. Hier zijn vooral runderen en paarden toe in staat. Vooral pijpenstrootjevelden kunnen door runderen worden teruggedrongen. Geiten worden soms gericht ingezet om de opslag van houtachtigesoorten terug te dringen. Naast begrazing, zijn maaien, plaggen of kappen beproefde middelen. Vooral in de meer kwetsbare vochtige of natte vegetaties zijn deze beheersvormen beter dan begrazing. Als het herstelbeheer eenmaal met succes is uitgevoerd dan kunnen schapen worden ingezet, eventueel in combinatie met runderen of paarden. Schapen zijn vooral geschikt voor het fijnere werk, het onderhoud van herstelde, soortenrijke en open begroeiingen.


Ze waren iig niet gewend aan mensen; schapen zijn doorgaans erg nieuwsgierig maar hoe dichterbij ik kwam, hoe sneller ze van me wegliepen:


Toen zag ik aan de linkerkant de paarden lopen, waarvan ik eerder deze week al vanaf de Banendijk een glimp had opgevangen:


Maar ik was vooral blij verrast dat ik het derde smeedijzeren kunstwerk had gevonden wat geplaatst is door de werkgroep smeden van Openluchtmuseum Einderhoof. Deze droge plek temidden van de vennen blijkt één van de belangrijkste Nederlandse vindplaatsen te zijn van bewoning uit de Oude en Midden Steentijd, zoals ik al uitgelegd heb ik mijn vorige blogpost. Het kunstwerk hier stelt een Tjongerjager en een reuzenhert voor:


De twee boomstammen en de tegel op de grond geven je uitleg:







Voor meer informatie zie mijn blogpost: 


De paarden waren in tegenstelling tot de schapen helemaal niet mensenschuw. Je zou ze zo kunnen aaien maar er werd duidelijk gevraagd dat niet te doen, dus dan doen we dat ook niet. Het waren prachtige paarden, ze poseerden zo leuk dus kon ik mooie foto's van ze maken:
















Ze kunnen hier op de Banen vrij rondlopen :




Hier eindigde het doorgaande wandelpad tussen de Banen en het Sarsven en bereikte ik de Banendijk. Even overgestoken, de overkant leek ook erg mooi om te wandelen: het is een deel van het gebied de Houtsberg:


Meteen aan het begin rechts van mij ligt een laagte, een ven wat geheel droog is komen te staan:




Verderop aan de linkerzijde lag een maisveld:


Hoezo......oog voor kleine dingen....hoe is het mogelijk...dit trof ik echt zo aan:


Dat vennetje was echt kurkdroog:




Misschien iets voor een andere keer. Ik keerde weer om en volgde dezelfde weg weer terug naar de auto. De paarden waren intussen naar een grasweide gelopen:


Dit vond ik zo merkwaardig , ik had geen idee wat ik hier zag:




Het was geen overblijfsel van na de bloei of iets dergelijks. De takken waren van  een wilde roos en deze pluizenbal is de zgn. Mosgal, slaapappel, bedeguar of rozengal: een zgn plantparasiet; het wordt veroorzaakt door een slechts 3mm groot galwespje:  Diplolepis rosae:

afbeelding internet

Die maakt tot ongeveer 5 cm grote gallen met haarvormige, vertakte uitgroeisels.
Als de rozengal nog groen is lijkt het wel een bal van mos vandaar de naam  mosgal. In het najaar als ze van groen naar mooi rood beginnen te verkleuren vallen deze prachtige gallen op tussen de rozenstruiken:

afbeelding internet

Deze hard aanvoelende rozengallen komen vooral voor op de hondsroos (Rosa canina) en wilde bosroos (Rosa arvensis). De meeste en de grootste mosgallen groeien op de uiteinden van rozentakken. Kun je mooi zien op mijn foto. Er zijn er ook die op de bladeren groeien, maar die blijven een stuk kleiner.
In de maand mei zetten de galwespen hun eitjes af. Als je enkele maanden later een slaapappel middendoor snijdt, dan zie je dat deze bestaat uit verschillende kamers waarin de larven van het galwespje opgroeien:


Deze zullen zich in de mosgal verpoppen om de gal het volgende voorjaar te verlaten om op hun beurt eitjes af te zetten op rozenstruiken in de buurt. De gallen tref je bij voorkeur aan bij planten met een verminderde weerstand na een stresstoestand van bv. snoei, droogte, wateroverlast. Heel bijzonder dit. Dat zo'n klein wespje zulke grote gallen kan maken!!! Voor de zekerheid heb ik het toch maar even aangemeld bij waarnemingen.

Prikkeldraad hekken vind ik altijd mooi om te fotograferen:


Ik liep nog een keer voorbij het smeedijzeren monument:


Hier schijnen veel fruitbomen te staan:






Volop besjes en bramen te zien:






En weer terug bij de auto. De enigste plek om de auto veilig te parkeren bij deze ingang van dit gebied was bij het enige huis wat hier staat voor de voordeur:


Nog een leuke verassing voor we weer huiswaarts keerden: op de auto zat een insect wat ik nog niet eerder had gezien. Ik dacht na veel googlen dat het een Achaius Oratorius was (sluipwesp) dus ik had hem aangemeld bij waarnemingen. Maar ik kreeg een correctie: het is de Apethymus serotinus: een bladwesp:


De bladwespen of zaagwespen zijn een onderorde van de vliesvleugeligen, met zo'n 6000 soorten. Bladwespen onderscheiden zich van andere vliesvleugeligen door de brede verbinding van het achterlijf met het borststuk (geen wespentaille) en door hun op rupsen lijkende larven. Soms wordt ook de naam "zaagwespen" gebruikt; die verwijst naar de op een zaag lijkende ovipositor, waarmee de vrouwtjes planten binnendringen voor het leggen van hun eitjes. Grote populaties van bepaalde bladwespsoorten kunnen grote economische schade toebrengen aan bossen en cultuurplanten.

Dit was het verslag met de foto's van mijn wandeling van vandaag. Het Sarsven is totaal anders dan het ven de Banen; het waterpeil blijft er altijd gelijk en de watersamenstelling is ook anders waardoor het voedselrijker is. Er groeit meer riet en er groeien waterlelies op het water. Je vind er niet zulke zeldzame planten als op de banen maar dat neemt niet weg dat het een prachtig landschap is. Ik heb genoten van alle dingen die ik heb gezien. De ganzen, de prachtige paarden die zo dichtbij waren, het bijzondere bladwespje en de rozengal, maar vooral ook de plek waar voorwerpen van de Tjongerjagers zijn gevonden. Toch een historische plek waar ik heb mogen staan!