donderdag 22 november 2018

Kraanvogeltrek...ook boven Soerendonks Goor?

Vandaag wilde ik kijken of ik het geluk had een kraanvogel te spotten en besloot om daarvoor een  bezoekje te brengen aan het Soerendonks Goor in Soerendonk. Op facebook volg ik Staatsbosbeheer en daar zag ik een bericht dat hier onlangs ook enkele kraanvogels zijn gespot:



Geluid van de kraanvogel: https://www.youtube.com/watch?v=4L9Adm1xpxM

Het horen en zien van Kraanvogels (Grus grus) schijnt een geweldige indruk op mensen te maken. Ik vond het horen van overvliegende zwanen wat ik onlangs van dichtbij had meegemaakt al heel erg indrukwekkend. Al zou ik ze alleen maar heel in de verte zien of horen, dan zou ik al blij zijn. Want van dcihtbij zien zal niet lukken. In ons land zijn de meeste van de weinige nog overgebleven kraanvogelrustplaatsen beschermd en maken deze terreinen geheel of gedeeltelijk deel uit van een natuurreservaat. Helaas worden ook deze terreinen minder rustig, en worden daar ook steeds minder kraanvogels gezien.
Sinds mensenheugenis hebben de mensen wat met Kraanvogels. Overal ter wereld waar ze voorkomen zijn er legenden, sagen en verhalen over deze bijzondere vogel. De gemeente Cranendonck, waar ik zelf woon, ontleent er zijn naam aan: 'kraan' van kraanvogel en 'donk' van heuvel. Vernoemd naar de omstandigheden van toen ter plaatse. Dus als Cranendonckse moet ik toch echt een keer een kraanvogel gezien hebben!

Hier een prachtig artikel over de kraanvogel-historie: https://hei-heg-hoogeind.dse.nl/historie_gebied/willem%20iven/kraanvogels/ivens;_kraanvogels.htm

Het Soerendonks Goor, in het brongebied van de Strijper Aa, werd ondanks heftige protesten in 1957 ontgonnen. Die onderneming werd geen succes. Twintig jaar later werd de ingreep teruggedraaid. Sindsdien krijgt de natte natuur hier weer de nodige levensruimte. Het is een moerassig gebied met een groot ven. In de winter zijn er veel eenden en reigers, waaronder de grote zilverreiger. Aan de rand van het ven staat een vogelkijkhut.


Binnen in de kijkhut hangt een affiche met daarop foto's van alle soorten vogels die hier voorkomen:


He wat jammer nou, de kraanvogel staat er niet bij....maar je weet maar nooit.....
Het zijn er toch nog heel wat: 41 soorten verdeeld over het hele jaar.

Ik heb helaas geen telelens, dus mijn foto's zijn van een beetje veraf. Eerst een panorama overzicht van het ven van links naar rechts:








De lucht was grauw en grijs, maar met een beetje geluk brak de zon toch nog door. Er zaten meer vogels dan de laatste keer dat ik er was en de vogels kwetterden allemaal door elkaar. Om de vogels een beetje te kunnen herkennen heb ik sommige foto's uitvergroot:


Hier zijn enigzins goed herkenbaar de Knobbelzwanen te zien en de grote ganzen met zwarte kop en hals zijn de Grote Canadese ganzen (Branta canadensis) :


Ze zijn makkelijk te herkennen aan de  zwarte kop en zwarte, lange hals. Typisch voor deze soort zwarte ganzen is de witte band van de keel tot over de wangen. De zwarte hals gaat over in een witachtige borst. Het verenkleed is bij beide geslachten gelijk. De lichaamslengte bedraagt 55 tot 100 cm. Ze overnachten op het water en eten overdag, zowel op het water als op het land. Hun voedsel bestaat voornamelijk uit grassen, zaden en graan. Ook nuttigen ze soms dierlijk voedsel zoals de eieren van de visdief, vliegen en schelpdieren zoals het nonnetje. Het vrouwtje legt 4 tot 8 witte eieren, die ongeveer 30 dagen worden bebroed. 


De grote Canadese gans is een gans uit Noord-Amerika en Canada. In Nederland is de soort regelmatig terug te vinden; het gaat meestal om ooit ontsnapte volière- en parkvogels. Vanaf de jaren 1975 is de grote Canadese gans als broedvogel in Nederland te vinden. De soort kruist nogal eens met brandganzen en kleine Canadese ganzen. Daardoor zijn er allerlei mengvormen te vinden, die herkenning soms wat lastiger maken. De grote Canadese gans is geregeld te vinden op vennen in Brabant  in vennen, veenmoerassen en waterrijke graslandgebieden.
In het oorspronkelijke leefgebied is de soort een echte trekvogel: broedvogels uit Canada en de noordelijke staten van Amerika trekken in het najaar naar de zuidelijke staten en de Golf van Mexico. In Europa levende grote Canadese ganzen trekken niet of nauwelijks. In de zomer, vanaf juni tot in september, vormen zich grote groepen ruiende vogels op open water (plassen, meren en rivieren). Deze 'ruitrek' is de enige migratie die onze broedvogels ondernemen.
Door grazen en vertrappelen veroorzaken Canadese ganzen schade aan gewassen en graslanden in landbouw-, recreatie- en natuurgebied. Door hun mest vervuilen ze ook zwemwaters en plassen. De soort wordt daarom in Vlaanderen en Nederland vaak beschouwd als een invasieve soort. De populatie wordt op veel plaatsen in de wereld beheerd. De Canadese gans in in Nederland dan ook landelijk vrijgesteld wat betekent dat ze onder voorwaarden bestreden mag worden bij schade.

Herken de Grote Canadese gans: https://www.youtube.com/watch?v=8O6Z2HBSHL4

Op deze foto kun je goed zien dat het de Knobbelzwanen zijn:


Makkelijk te herkennen: et zijn grote sierlijke witte watervogels met een geheel wit verenkleed. De poten zijn zwart. Ze hebben een brede, platte, oranje snavel. Het mannetje heeft een grote zwarte knobbel boven de snavelbasis.
Het voedsel van de knobbelzwaan bestaat uit waterplanten en waterdiertjes. Ze zijn met hun lange hals gespecialiseerd in het grondelen naar waterplanten op diepten waar grondelende eenden niet meer bij kunnen. Verder eten ze gras.
Wat de vogeltrek betrfet: een deel van de knobbelzwanen blijven in zachte winters in hun territorium. In de herfst en winter kunnen zich grote groepen vormen. Als het koud wordt, is er wel trek, naar bijvoorbeeld Frankrijk. Vogels uit het oosten komen in de winter naar Nederland. Aan het einde van voorjaar kunnen er groepen onvolwassen vogels te zien zijn die in mei-juni naar de ruigebieden trekken.

Herken de Knobbelzwaan: https://www.youtube.com/watch?v=A429KeVvyXQ

Op deze foto zien we Grauwganzen:


Maar daarvoor moet ik de foto behoorlijk inzoomen:


Ook goed herkenbaar: een prachtige stevige bruingrijze gans, de grootste van alle bruingrijze ganzensoorten. Hals en kop zijn iets lichter dan het lichaam. In vlucht vallen de lichtgrijze voorvleugels op. Ook de ondervleugels vormen een goed kenmerk. Deze zijn tweekleurig: donker met een lichtgrijze voorkant. 
Bij ganzen zijn de kleur van poten en snavel belangrijk: bij de grauwe gans zijn snavel en poten oranje. De snavel is stevig en wordt wel eens vergeleken met een winterpeen.

Herken de Grauwe gans: https://www.youtube.com/watch?v=WN6Fdx7GBjs

Dan waren er nog heel veel kleinere vogelsoorten, maar die kon ik echt niet goed herkennen: had ik nu maar een telelens:


Een klein wadje midden op het ven:


Opeens vlogen enkele vogels op:






Maar veel meer dan vogels in vlucht dan dit kon ik niet maken met mijn standaardlens: haha.....


Dus ook geen overvliegende kraanvogels...helaas. Maar ja, de kans was ook maar erg klein. Maar ooit hebben ze hier wel gezeten, zoals in onderstaand mooi  artikel over de historie van de kraanvogels is te lezen:


citaat:
" Eind oktober 1972 zag Peer Liebregts 's morgens bij; het melken het opstijgen van ca 120 kraanvogels die in het Heike (Heeze) hadden overnacht. Op 20 november 1972 waren er 139 kranen in de Dijksche Heide; hierbij waren nauwelijks 20 jonge dieren. Tegen de avond vlogen er na een harde koude regenbui 80 stuks naar de Kluisse Heide; meester Vugts en onze Frank hebben dat ook gezien. Op 28 oktober van hetzelfde jaar waren er 6 kranen in het Witsem (Soerendonk) en streken tegen de avond 20 kranen neer in het ontgonnen Soeriks Goor. In 1971 werden op 25 oktober 19 over Leende vliegende kranen gezien. Op 19 oktober 1968 waren er 7 kranen in de Kluisse Heide. Eind oktober 1968 verbleven zeshonderd kranen enkele dagen in de Strabrechtse Heide. Ze kwamen veel op een roggeakker vlakbij de hei. De rogge bleek niets te hebben geleden en Sjef Kuysten hoefde geen wildschadevergoeding te vragen".

Voor nog meer info over kraanvogels: 
http://www.kraanvogels.net/

Geen opmerkingen:

Een reactie posten