Ze lijken erg op de huisvliegen. Hun naam danken ze de wilde enorme lichaamsbeharing, en het zijn ook nog eens lange haren. Veel sluipvliegen zijn behaard, maar de woeste is het behaardst van allemaal. In ons land is hij de algemeenste van de sluipvliegen maar het is een beetje een problematische soort, want er zijn er nl. twee die als twee druppels water op elkaar lijken: inderdaad de fera en de magnicornis.
De vlieg wordt ongeveer 9 tot 16 mm lang, en is te herkennen aan het geeloranje achterlijf met in het midden een brede, zwarte streep. De achterlijfspunt is lichter en tegen het borststuk is een dunnere zwarte rand aanwezig. Voor het borststuk zit een opvallend, oranjerood en glanzend 'bultje' dat postscutellum heet. De achterkant van de kop is fijn behaard, de ogen zijn rood van kleur. Het borststuk is grijsbruin en over het hele lichaam zit een niet erg dichte maar wel lange, zwarte en borstelige beharing, een kenmerk van veel sluipvliegen.
Zonder genitaalonderzoek is niet met zekerheid vast te stellen met welke van de twee je van doen hebt. Wel zou de zwarte streep over het gele achterlijf bij de magnicornis iets breder zijn dan bij de fera. En de antennes verschillen ook wat van elkaar. Daarom vermeld men meestal de beide namen bij de herkenning.
Ik heb de foto's uitvergroot:
duidelijk is het oranjegele achterlijf te zien:
En als je goed kijkt de forse beharing:
En de enigzins rode ogen:
Er zijn in de Benelux wel 300 soorten sluipvliegen. De larven van sluipvliegen leven net als bij sluipwespen in larven van andere insecten ( bv keverlarven, sprinkhaanlarven, wantsenlarven, bladwesplarven), maar elke soort sluipvlieg heeft zijn voorkeur. De woeste sluipvlieg geeft de voorkeur aan rupsen. Die legt zijn eitjes niet in of op andermans larve, maar in de buurt van de door hen geliefde rupsen, op een plant waar die rupsen van leven. De sluipvlieglarven kruipen vrijwel meteen uit hun eitjes. Komt er dan er een rups voorbij, dan worden ze met blad en al opgegeten of boren ze zich door de rupsenhuid naar binnen. Vervolgens nemen ze de rups langzaam over en eten ze zijn inwendige op. Na een week of twee komt er een sluipvlieg uit en geen vlinder.
De hele ontwikkeling gaat razend snel: 10 dagen nadat het ei is gelegd kan er al een nieuwe vlieg verschijnen! De imagos zijn te zien van april tot oktober en verzamelen zich langs het water of andere vochtige plaatsen aan het eind van de zomer.
Omdat ik hem zelf niet heel erg duidelijk heb kunnen fotograferen, zo "woest" als hij was...haha...laat ik nog even een foto van internet zien van deze toch best wel bijzondere en mooie vlieg:
Hij zal vast nog wel eens een keer mijn tuin bezoeken en dan hoop ik betere foto's te kunnen laten zien. Ik weet nu waar ik op moet letten": ook een foto van de bovenkant, zodat de zwarte streep op zijn gele lijf te zien is! Ik heb hem aangemeld bij waarnemingen.
En wat een mazzal, een dag later zag ik hem tijdens mijn wandeling op Hugterheide-Weerterbos:
zie hier voor de verschillen tussen de twee: http://www.naturspaziergang.de/Zweifluegler/Tachinidae/Tachina_magnicornis.htm
En op zag ik haar weer in mijn tuin, zie: https://natuurfotografieanitasart.blogspot.com/2019/05/rondje-door-mijn-tuin-10-graden-en-koud.html
En wat een mazzal, een dag later zag ik hem tijdens mijn wandeling op Hugterheide-Weerterbos:
zie hier voor de verschillen tussen de twee: http://www.naturspaziergang.de/Zweifluegler/Tachinidae/Tachina_magnicornis.htm
En op zag ik haar weer in mijn tuin, zie: https://natuurfotografieanitasart.blogspot.com/2019/05/rondje-door-mijn-tuin-10-graden-en-koud.html
Geen opmerkingen:
Een reactie posten