De bosrandroofvlieg heb ik al eerder in een blog beschreven:
De roofvlieg op mijn foto is een vrouwtje. Dat is te zien aan de laatste twee zwart glimmende 'gelakte' lichaam segmenten en het laatste segment: de genitaliën. Het mannetje heeft een stomper lichaamsuiteinde.
Ik heb de foto wat uitvergroot, zodat je goed kunt zien waarom die gaasvlieg goudoogje wordt genoemd: ze heeft prachtige goudkleurige oogjes. Ze behoort tot de orde netvleugeligen, familie gaasvliegen. Het vliegje is slechts 17 mm groot. Het lichaampje is dun en langwerpig en de kleur is groen tot geelgroen. Ze lijkt enigszins op een mug, maar de vleugels zijn veel groter, ronder en duidelijk fijn geaderd. Alle vier de vleugels hebben dezelfde vorm en kunnen onafhankelijk van elkaar bewogen worden. In rust worden ze als een afdakje op de rug gevouwen en in de vlucht glinsteren ze met een parelmoerachtige glans. Het is bepaald geen snelle of behendige vlieger waardoor ie gemakkelijk uit de lucht gevangen kan worden, zoals deze roofvlieg dan ook gedaan heeft.
De vleugels zijn ook nog eens snel beschadigd waardoor de beestjes niet meer naar planten kunnen vliegen om te eten. De gaasvlieg op zijn beurt eet de uitwerpselen van luizen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten