woensdag 10 april 2019

Onvoorspelbare bijvlieg (Eristalis similis) in mijn tuin

Ja, grappige naam he, maar deze vlieg heeft echt die naam. Omdat zijn verschijning zo onvoorspelbaar is. Ik zag hem vandaag in mijn tuin:


Het is een vliegensoort uit de familie van de zweefvliegen. Het zijn robuuste vliegen waarvan er diverse algemeen voorkomen in Nederland en België. Ze vertonen meer of minder gelijkenis met de honingbij. De onvoorspelbare bijvlieg zie je in ons land meestal op een aantal plaatsen in de buurt van ruderaal terrein: dat is een plek die gekenmerkt wordt door menselijke verstoring doordat er materiaal, met name puin of stenen, is toegevoegd en dat een grote hoeveelheid voedingsstoffen bevat, met name stikstof. Dit kunnen bv zijn bouwterreinen, industrieterreinen, spoor- en wegbermen, slootkanten, braakliggende terreinen en plantsoenen. Gek he, en die zag ik vandaag gewoon bij mij in de tuin, in een woonwijk!


Normaal gesproken is de onvoorspelbare bijvlieg een zeldzame soort die nauwelijks wordt waargenomen, maar eens in de zoveel jaar duikt hij overal op en is het één van de meest algemene soorten bijvliegen. Dat gebeurt meestal nadat in het vroege voorjaar vrijwel alleen vrouwtjes worden gezien, net als bij andere soorten die als imago overwinteren. Maar daarvoor zienze er te vers uit, alsof ze in Nederland uit de pop gekropen zijn. Migratie in het voorafgaande najaar waarbij de vliegen overwinterd hebben lijkt ook onwaarschijnlijk omdat ze in de nazomer en herfst maar weinig werden waargenomen. Dus waarom de soort zo nu en dan zo talrijk is, kan men nog niet goed verklaren.
Zo bv werd 2013 een topjaar voor deze vlieg. Andere topjaren waren 1961, 1985 en 1997.

Het determineren was nog erg lastig: hij lijkt nl. op de blinde bij en de kegelbijvlieg, deze twee zijn de meest algemene grote bijvliegen in Nederland.
De blinde bij en de kegelbijvlieg zijn makkelijk van elkaar te onderscheiden. De blinde bij heeft zwarte tarsen (voeten) aan de voor- en middenpoten en meestal duidelijke haarrijen van boven naar beneden op de ogen. Daarnaast is de achterscheen opvallend dik in vergelijking met andere bijvliegen. De kegelbijvlieg heeft gele tarsen aan de voor- en middenpoten en egaal gehaarde ogen, zonder haarrijen en geen verdikte achterschenen. Vooral de mannetjes hebben een karakteristiek kegelvormig achterlijf, vandaar de naam. De onvoorspelbare bijvlieg heeft een karakteristiek langwerpig pterostigma (het vlekje langs de voorrand van de vleugel)en zwarte tarsen van de voor- en midden-poten. Dus je moet echt heel erg goed kijken naar al die details, en dat kan vaak alleen maar als je de foto inzoomt op je pc.

Hier zijn duidelijk de zwarte tarsen te zien:


Hier nog een leuk pdf over de zweefvliegen:

Al met al toch wel bijzonder dat ik hem in mijn tuin heb gezien, deze onvoorspelbare vlieg!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten