zondag 25 maart 2018

Vistrap Molenheide

Vandaag ben ik foto's wezen maken bij de vistrap Molenheide Ik was daar vorig jaar zomer ook al, toen stond er alles mooi in bloei:

https://natuurfotografieanitasart.blogspot.nl/search?q=vispassage+molenheide

Ik was benieuwd of er nu al insecten te zien waren, en wilde de vistrappen ook beter bekijken nu de begroeiing kaal was.

Op 7 oktober 2015 is Waterschap De Dommel gestart met voorbereidende werkzaamheden voor de herinrichting van de Buulder Aa tussen Soerendonk en Leende. Deze herinrichting moet zorgen  voor een natuurlijk slingerende Buulder Aa, het herstel van Natte Natuurparel Ulkedonken en het vispasseerbaar maken van 3 stuwen zodat vissen vrij kunnen trekken tussen verschillende delen van de Buulder Aa en omliggende beken.
De Buulder Aa heeft in de loop der jaren gedeeltelijk zijn natuurlijke loop verloren. De beek is rechtgetrokken, verbreed en er zijn stuwen in geplaatst. Hierdoor is veel kwaliteit in de beek en in het beekdal verloren gegaan. Veel planten en vissoorten zijn verdwenen of sterk in aantal en kwaliteit achteruitgegaan. Door de geplande herinrichting wordt de natte natuur in de omgeving van de beek en Ulkedonken hersteld. De loop van de Buulder Aa wordt bochtiger, de stroomsnelheid gaat omhoog en de oevers worden afwisselender. Dit is een goede ontwikkeling voor zowel planten en dieren. Dankzij groenstroken langs de beek kunnen dieren zich verplaatsen. Door het passeerbaar maken van de stuwen, krijgen vissen toegang tot het achterland doordat ze stapsgewijze om de stuwen heen kunnen zwemmen en zo kunnen ze dan stroomopwaarts zwemmen om daar te paaien.

Vissen trekken nl. van nature door beken en rivieren heen en weer. Dit doen ze om zich in de bovenloop voort te planten maar ook om voedsel te vinden of een schuilplek te zoeken voor de winter. Bijna alle vissoorten hebben de behoefte om in het voorjaar de rivieren en beken op te trekken om te gaan paaien. Daarbij zijn veel door de mens gemaakte barrières te overwinnen zoals sluizen en stuwen waar de vis wel vanaf kan vallen maar niet tegenop kan zwemmen om bovenstrooms te paaien. Door naast de stuwen oplopende trappen aan te leggen, wordt dat probleem opgelost.

Hoe weet een vis nu dat er vispassage is?  Een vis merkt nauwelijks dat hij door een vispassage zwemt. Hij zwemt bij het zoeken naar paaiplaatsen intuïtief tegen de stroom in. Daarom lokken we vissen met stroming de vispassage in, een zogenaamde lokstroom. Door te zorgen dat de stroming vanuit de vispassage sterker is dan de stroming die vanaf de stuw komt, sturen we de vis de goede kant op. De lokstroom moet niet te sterk zijn want dan kunnen kleinere vissen er niet tegen in zwemmen.

De biotoopvijver van het RZIW vormt een verbinding met de Buulder Aa en is een paai- en kraamkamer voor vissen. De zeelt,snoek, en 10doornige stekelbaars  maken er gebruik van, maar er zijn ook enkele riviergrondels aangetroffen: kleine karperachtige typische beekvissen die van stromend water houden.

Behalve het plaatsen van vistrappen is er ook enorm veel baggerwerk verricht.
Er kwamen nl. nog steeds stoffen naar boven in de vervuilde sloten. Om de waterkwaliteit te verbeteren moest er dus gebaggerd worden. Duizenden vrachtwagens bagger werden afgevoerd. De zuiveringsinstallatie Soerendonk haalt bovendien ook nog eens veel fosfaten en nitraten uit het oppervlaktewater.

Info bord:









Weergave van het infobord:

Deze vispassage werd in september 2016 officieel in werking gesteld. Het waterpeil in de Buulder AA wordt geregeld door de stuw naast de vispassage. De stuw vormt echter een barriere voor de optrekkende vissen. Vissen zoals de kleine modderkruiper en het bermpje kunnen zich dan niet verplaatsen in het stroomgebeid van de Buulder AA. Dat is erg nadelig voor een gezonde vispopulatie.
De vispassage maakt het voor vissen mogelijk het hoogteverschil van de stuw te overbruggen in 10 kleine stappen. Daardoor kunnen ze om de stuw heen zwemmen om hun weg te vervolgen.


Hier heeft men het type Fishflowform gebruikt, een speciaal type. De 1e in Nederland die voorzien is van zgn. fishflowforms. De passage bestaat uit 10 x 2 halfronde elementen van cortenstaal met in het midden een smalle opening. Deze smalle openingen zorgen per element voor een hoogteverschil van 70 cm, waardoor de bodem van de vispassage geen drempels bevat. Boven de fff gaat het water heen en weer, onderin stroomt het rustiger. Daarnaast zijn stenen aangebracht op de bodem van de passage. Zo ontstaan er voor de vissen plekken waar het water minder hard stroomt zodat ze de elementen makkelijker kunnen passeren.


Bij de stuw kan een relatief groot waterpeil verschil optreden. Daarom zijn er 2 ingangen voor de vispassage gemaakt. Zo kunnen de vissen zowel bij een laag als een hoog  waterpeil gebruik maken van de vispassage.

Naast de vispassage is een amfibieenpoel aangelegd en zijn bomen en struiken aangeplant. Zo zag het er afgelopen zomer uit toen ik er was:




Hier op de Molenheide is dus in 2016 zo'n nieuw type vistrap aangelegd waarin flow forms zijn verwerkt met als doel een verbetering van water, vis- en energetische kwaliteit.

We zijn nu inmiddels 2 1/2 jaar verder. Het leek me leuk om ook eens winterfoto's van deze plek te maken. De begroeiing is dan minder zodat je alles beter kunt zien.
De laatste trap:






Op de achtergrond de 2e stuw:


Als het water van zo'n slootje bruin is, is dit een teken dat het water veel ijzeroxide, ook wel oer genoemd, bevat. Oer is een steenachtige laag, die zich afzet op de bodem en oevers van sloten, beken en rivieren. Vooral water uit broekbossen bevat veel oer door de vele opgeloste mineralen die in de bodem zitten. Kwelwater heeft door zijn reis in de ondergrond een andere samenstelling dan regenwater. In de ondergrond worden mineralen zoals calcium, bicarbonaat en ijzer opgenomen, waardoor het relatief kalkrijk, maar voedselarm grondwater wordt. Het water hier wa bovendien ook nog eens heel erg troebel:


Deze foto heb ik gemaakt vanweg het insect in het water: de spinnende of grote spinnende watertor: een mooie pikzwarte kever van wel 3 a 4 cm groot! Ze hebben zich perfect aan het onderwaterleven aangepast. Ademen doen ze via een zogenaamde fysische kieuw. Bij het luchtverversen komt het dier met een spriet boven water. Deze wordt dan omgeknikt en er komt verse lucht onder het lichaam. Waterafstotende haren op de buik zorgen ervoor, dat de lucht tussen de haren blijft. Door pompende bewegingen met het achterlijf wordt de lucht ververst.
De kever is een planteneter en wordt daarom meestal aangetroffen in rijk begroeide vijvers en slootjes. Hij kan goed vliegen en kan bij minder gunstige omstandigheden zo naar andere locaties verhuizen. Hij maakt vliegend een brommend geluid. Tijdens het zwemmen beweegt de spinnende watertor de achterpoten afwisselend, waardoor het zwempatroon een schommelende gang krijgt. De eieren worden gelegd in een door het vrouwtje gesponnen waterdicht nestkamertje onder water. Misschien vandaar de naam "spinnende" waterkever? Bij gevaar spuit het dier een inktachtige vloeistof. Ook kan de kever een gillend geluid voortbrengen.
Nou....toch wel een bijzonder diertje!

Vergroot:


Er sprongen ook telkens kikkers van de stenen af, die hoorden mij natuurlijk, al deed ik heel voorzichtig. Leuk die plonsgeluidjes, wel jammer....ik had er wel eentje willen fotograferen. Het slootje meandert lekker naar de 2e stuw:


Werkelijk een prachtige plek voor amfibieeen en over een aantal weken zie je hier veel libelles:


De 2e trap:






De 1e trap nabij de stuw:






Dit is de 2e stuw, stukje verder weg van de autoweg:




??


Na de stuw gaat de AA met een bocht naar links, de beek ligt hier helemaal in de schaduw van het bosje:


Regelmatig zie je zgn waterpeilmeters staan. En andere meters. Vaag weet je wel waar die voor dienen maar ik dacht laat ik nu eens even uitzoeken hoe dat precies zit, m.n. voor deze plek. Best interessant eigenlijk. Ongelooflijk hoe zo dicht bij huis zoveel te zien en te leren is. 

Onderdeel van de herinrichting van de Buulder Aa was het verwijderen van de stuwen bij Ulkedonken en Renheide. (zie linken aan einde van deze post voor meer info). Daarnaast werd de beek verlengd en het profiel van de beek aangepast. Het peilbeheer in de beek wordt daarmee natuurlijk en de beek wordt vispasseerbaar (dmv van dus die vistraps). Ook hoopt men hiermee de gewenste vernatting in de natte natuurparel te bereiken. Om te kijken of  het beoogde resultaat ook werkelijk behaald wordt is een zgn monitoringsplan Buulder AA opgesteld:

https://www.planviewer.nl/imro/files/NL.IMRO.1706.WPBG3037-ONT1/b_NL.IMRO.1706.WPBG3037-ONT1_tb13.pdf 

Wat betreft grondwater zijn de berekende effecten niet meteen uit de metingen in de peilbuizen af te lezen. Het verloop van de grondwaterstand in een gebied is nl. het gevolg van verschillende factoren: zowel van klimatologische factoren (neerslag en verdamping) als hydrologische factoren (peilen en maatregelen). Om dit onderscheid zichtbaar te krijgen, heeft men de volgende gegevens nodig:
  •  grondwaterstanden
  • oppervlaktewaterstand van de Buulder Aa
  • neerslag en verdamping
  • grondwateronttrekkingsgegevens in de omgeving
De neerslag en verdamping worden gemeten door het KNMI. Gegevens over
grondwateronttrekkingen bedoeld voor drinkwater worden bijgehouden door Brabant Water.

Voor het monitoringsplan wordt gebruik gemaakt van peilbuizen van reeds ingerichte meetnetten aangevuld met nieuw geplaatse peilbuizen.

Hier bij de stuw aan de Kleine Bruggen (foto hieronder) staan deze peilbuizen:


In de huidige situatie wordt de afvoer en waterstand in de Buulder Aa bij stuw Kleine Bruggen gemeten. Debiet staat voor de hoeveelheid water die een rivier of beek per tijdseenheid transporteert en wordt vaak uitgedrukt in aantal kubieke meter water dat per tijdseenheid een bepaald punt in een stroom passeert.
Daarnaast wordt bij de RWZI de hoeveelheid effluent (afvoer op de Buulder Aa) gemeten. Effluent afvalwater is gezuiverd afvalwater maar wat nog een deel originele verontreiniging bevat, bv van medicijnen en hormonen.  Met name deze laatste stoffen zijn een bedreiging voor de drinkwatervoorziening en voor de organismen in het oppervlaktewater omdat ze lange tijd in het water blijven en moeilijk te verwijderen zijn.
Begin 2018 worden de gegevens van het meetnet geanalyseerd en wordt het meetnet geëvalueerd.


Hier zijn allebei de stuwen te zien:


De meetpaal hier links is waarschijnlijk een merkpaal voor een aardgasleiding (brandstof):


Meetnet oppervlaktewater.

In de huidige situatie wordt de afvoer en waterstand in de Buulder Aa bij stuw Kleine Bruggen gemeten door Brabant Water:



Na de stuwen meandert de Buulder AA verder, de beek is hier aangepast:


En gaat hier verder richting RZIW:


Haaa, eindelijk een paar insecten te zien:
Grote steekmug : de mannetjesmuggen steken echter niet en je kunt ze herkennen aan pluimachtige antennes, terwijl vrouwtjes lange 
draadachtige antennes hebben:


De grote kruisspin, die zie je hier veel:




Deel van de vispassage; in de verte de RZIW:


Alweer een kruisspin, als je goed kijkt zie je veel moois in de natuur op onverwachte plekken:


Close-up:


Nogmaals de stuw  waarnaast de vispassage is aangelegd: ik ben vergeten te kijken hoe hoog de waterstand op dat moment was:


Geen idee waar dit voor dient:


De 2 ingangen (witte muurtjes links) naar de vispassage:


Het "achterland", met in het midden de amfibieenpoel, s'zomers staat het hier prachtig in bloei:





Klein bossage richting de carpoolplaats, rechts van de Buulder AA met de stuwen:


Dit is het bruggetje over de Buulder AA bij de Kleine Bruggen, de weg van Maarheeze naar Soerendonk. Wat een smurrie:


Ook richting 1e stuw:


Bruin water wil zeggen veel ijzer (oer) in het water, maar dat ligt meestal op de bodem, terwijl de beek verder redelijk helder is, dus ik weet niet zeker of dat hier het geval is:



Dit waren mijn foto's van vandaag. Ik heb niet veel insecten gezien, helaas, maar dat komt nog wel. Wel veel info over de vispassages, een interessant gebeuren vind ik. Ik heb alles eens goed van dichtbij kunnen bekijken.
Eens kijken of ik ook eens vissen kan spotten, of amfibieeen. Er zullen ongetwijfeld nog meer blogposts volgen over deze plek, want ik vind het heel boeiend en bijzonder mooi hier.

Voor wie meer wil weten:

Schematische tekening van de vistrap:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten