maandag 11 juni 2018

Hongerwespje ( Gasteruption assectator) in mijn tuin

Vanmorgen zag ik tijdens mijn dagelijks rondjes door mijn tuin dit hele kleine insectje tegen mijn schutting zitten:


Leuk, die had ik nog nooit gezien. Maar nu moest ik hem nog determineren. Aan de lange antennes te zien zou het iets uit de wespenfamilie moeten zijn, ik dacht aan een sluipwesp. Flink gegoogled, maar ik kwam geen insect tegen wat er exact op leek. Zou het een spinnendoder zijn? Of een sluipwesp Gelis indet., of een platkopwesp, een bladluizendoder misschien? Maar nee, er was altijd wel iets wat er dan weer niet bij hoorde. Totdat ik op deze website een wespje tegenkwam wat er wel op leek: ik was op zoek naar een lang lijf, korte vleugels, rode banden op het lijf en zwarte poten:


Hier zag ik een foto van de Hongerwesp. Ik dacht, dat moet hem zijn. Ik heb haar, want het is een zij, meteen aangemeld bij waarnemingen, en ik hoop een bevestiging te krijgen.

Hongerwespen (Gasteruptiidae) zijn slanke wespen met een opvallende verschijning. Het achterlijf zit aan de bovenkant van de borst vast en de achterdijen zijn sterk verbreed. Vanwege de zeer slanke taille worden ze hongerwesp genoemd. Er zijn 10 soorten bekend in Nederland, 7 daarvan zijn zeldzaam. Op de wikipediasite heb ik alle ondersoorten aangeklikt en gekeken of ze er bij stond:


Ik denk dat het de Gasteruption assectator is. Een vliesvleugelig insect dus uit de familie van de Gasteruptiidae (vliesvleugeligen). Hongerwespen behoren tot de grote groep van de sluipwespen.
Hongerwespen zijn zeer slanke wespen die tussen de vegetatie zweven en vaak moeilijk te volgen zijn. Alleen als ze nectar komen drinken op bloemen of als ze nesten van bijen of mogelijk graaf- en metselwespen inspecteren zijn ze goed te zien. Waarom ik haar nu op mijn schutting zag......? De wespen zijn direct te herkennen door de combinatie van de verbrede achtertibia, het hoog ingeplante metasoma (= achterlijf), het zeer slanke lichaam en de gevouwen vleugels langs het lijf:


Toen ik verder ging googlen kwam ik een mooi pdf tegen over hongerwespen:

Waar ook duidelijk de kenmerken zijn aangegeven van dit kleine sluipwespje:


Dit moet haar zijn, onmiskenbaar. Het was een hele zoektocht, maar het zou leuk zijn als het klopt. Is het haar niet dan kan het ook nog de Gasteruption erythrostomum zijn (https://www.natuur-dichtbij.nl/wespen/hongerwespen/)

Even nog wat bijzonderheden.
Tijdens het vliegen of zweven voor een bijennest werken de vergrote achterpoten als evenwichtsorgaan; ze hangen naar beneden en vormen methet min of meer omhoog geheven achterlijf een rechte hoek. De vergrote achtertibia helpen
mogelijk bij het lokaliseren van geschikte bijennesten door het versterken van weerkaatste geluidsgolven als het vrouwtje voor een nestingang vliegt en mogelijk bij het balanceren tijdens het vliegen. Bij bloembezoek wordt het achterlijfmeestal ook omhoog gehouden.

Hongerwespen zijn parasitaire wespen, dat wil zeggen dat ze zelf geen nest maken, maar dat ze gebruik maken van de nesten van andere insecten, in dit geval solitaire bijen- of wespensoorten. Specifiek deze hongerwesp, de assectator, wordt in het Zuiden van Nederland vaker op bijenhotels gezien. Boven de rivieren is ze zeldzaam. Ze parasiteren meestal op de Heriades soort, dat zijn Tronkenbijen (wilde bijen), die in Zuid-Nederland meer voorkomen dan in het Noorden.
De hongerwesp legt in een broedcel een eitje op een larve van haar gastheer, het eitje komt uit en de larve eet de bijen- of wespenlarve op. Meestal is dit nog niet voldoende (honger!) en gaat de larve op zoek naar nog een slachtoffer in de naastgelegen broedcel. Na deze ook verorberd te hebben verpopt de larve in de broedcel om het volgend seizoen uit te vliegen.

Dat het zo moeilijk was om haar te determineren komt omdat De Gasteruption soorten heel lang bij ons officieel onbekend waren. Volgens Fauna Europaea kwamen ze niet voor in ons land (gemeld in 2010).  Na een lange aanloop is nu het Nederlandse materiaal in Naturalis gedetermineerd en zijn ze opgenomen in het Nederlands Soortenregister. In totaal 10 soorten, maar diverse soorten zijn nog te verwachten. Onlangs nog is een soort uit Duitsland beschreven, die leeft op Hylaeus soorten in oude Lipara sigaargallen op riet.

Deze bijzondere angeldragers zijn nl. erg belangrijk.Bijen en wespen zeggen namelijk iets meer. Het zijn immers de indicatoren voor zowel de habitatkwaliteit als de gehele landschapsstructuur: het samenspel van gebieden en habitats. Een belangrijk thema voor het behoud en beheer van de biodiversiteit van Nederland.
Daarom ook doe ik zo graag mee bij Waarnemingen.nl!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten