vrijdag 15 juni 2018

Snorzweefvlieg (Episyrphus balteatus) in mijn tuin: een bijzonder beestje!

Vandaag zag ik ook dit mooie kleine zweefvliegje in mijn tuin; ik moest wel even flink googlen welke het was, maar toen ik het gevonden had lag de naam nogal voor de hand: het is de Snorzweefvlieg (Episyrphus balteatus) :


Ja....de ene zweefvlieg is de andere nog niet! Deze soort is duidelijk te herkennen aan het rossige achterlijf met op elk segment 2 zwarte bandjes: een rechte band en een snorvormig bandje. Het lijkt dus of hij snorretjes heeft op zijn rug, modelletje Zorro haha.....


Men noemt hem soms ook wel pyjamazweefvlieg. Het is de algemeenste zweefvlieg van Nederland. Vooral in de zomer zitten de bloemen soms vol met snorzweefvliegen. Een heel gewone soort dus, maar met heel bijzondere eigenschappen!

Winterharde vrouwtjes:
De snorzweefvlieg is één van de weinige zweefvliegensoorten waarvan de vrouwtjes in het volwassen stadium de winter kunnen doorbrengen.  Bevruchte vrouwtjes zoeken in de herfst een beschut plekje waar ze zich tot het volgende voorjaar schuilhouden. Soms komen ze op warme winterdagen al tevoorschijn. In het voorjaar leggen ze hun eitjes op planten waar veel bladluizen op zitten. Daaruit komen dan bladluis etende larven. Ze zitten vooral onderop bladeren, waardoor ze minder zichtbaar zijn dan de lieveheersbeestjes die ook bladluizen eten. In vraatzucht doen ze echter niet voor elkaar onder. Later in het voorjaar verpoppen ze en dan verschijnen er binnen één à twee weken nieuwe snorzweefvliegen.

Massamigratie:
In het late voorjaar verschijnen er steeds meer snorzweefvliegen en in de loop van de zomer loopt dit aantal nog verder op. Voor een deel komt dit doordat ze zich in Nederland zelf voortplanten. Voor een ander deel bestaat de zomerpopulatie in Nederland echter uit migranten uit het zuiden. Vooral bij lang aanhoudend warm weer komen ze met duizenden tegelijk uit Zuid-Europa ons land binnen. Ze kunnen honderden kilometers vliegen en ze zijn zelfs wel eens op 200 meter hoogte aangetroffen. Hoe bijzonder is dat allemaal!


Ze kunnen vrij lang verkennend stilhangen in de lucht, daaraan kun je ze ook makkelijk herkennen. Ze slaan hun vleugels met een frequentie van 200-300 keer per seconde. Ze zitten ook heel graag met meerdere op één bloem. Ze kunnen zeer talrijk zijn tijdens massale trekbewegingen. Bij veel wind vouwen ze de vleugels op de rug als ze stil zitten; normaal houden ze de vleugels in een V-vorm gespreid. De relatief grote kop bestaat voor het grootste deel uit de facet-ogen. Ze bezoeken allerlei bloemen, ook om uit te rusten.

Hier een mooi pdf over zweefvliegen:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten